Nadia Kuipers is werkzaam op OBS De Globe in Rotterdam en ambassadeur van Junioruniversiteit. In deze blog laat zij zien hoe zij een thematische Close Reading les geeft in groep 3.
In een eerdere blog vertelde ik hoe ik tijd maak voor thematisch werken. Dit doe ik onder andere door te werken vanuit de doelen. Eén van de doelen in groep 3 is kennismaken met, en lezen, van verhalende teksten. Dit kan ik doen vanuit de methode, maar ik kan dit ook doen aan de hand van een tekst die aansluit bij het thema. In deze blog laat ik zien hoe ik een thematische Close Reading les geef.
Wat is Close Reading?
Close Reading is een methodiek voor begrijpend luisteren en begrijpend lezen, waarbij rijke teksten centraal staan. In drie sessie wordt er steeds dieper in gegaan op de betekenis van de tekst. Je stelt tijdens de lessen geen ervaringsvragen zoals ‘wat weet je al over dit onderwerp?’, maar je stelt alleen tekstgerichte vragen. Dit zijn vragen waarvan het antwoord in de tekst te vinden is, of waarvan je het antwoord kan afleiden door de tekst nauwkeurig te lezen.
Voorbereiden
Online zijn er inmiddels veel kant-en-klare Close Reading lessen te vinden, wanneer je weinig tijd hebt dan kan je hier prima gebruik van maken. Ik merk zelf dat de lessen effectiever zijn wanneer ik de lessen zelf ontwerp. De lessen sluiten dan namelijk beter aan bij de huidige ontwikkeling van de kinderen in mijn klas en ik doorgrond de tekst zelf ook beter. Elk thema probeer ik daarom een aantal lessenseries zelf te ontwerpen. Wij werken deze periode rondom het thema Piraten. Ik heb daarbij het prentenboek Woeste Willem uitgekozen als rijke tekst voor de Close Reading lessen. Ik bepaal het doel van de lessenserie die ik wil ga geven en kies verschillende werkvormen die hier bij passen.
Goed luisteren en het verhaal navertellen
Elke sessie lees ik het prentenboek voor. Tijdens het voorlezen laat ik de prenten zien op het digibord. Iedereen kan op deze manier goed meekijken en ik merk dat dit de betrokkenheid verhoogd. Ik vertel de kinderen van te voren wat het doel van de les is, zodat zij gericht kunnen luisteren. Na het voorlezen bespreken we de tekst en stel ik tekstgerichte vragen die gaan over de grote lijnen van de tekst. Dit zijn vragen zoals: Waarom heeft het boek deze titel? Over wie gaat het verhaal? Waar speelt het verhaal zich af? Daarna bespreken we wat er aan het begin, in het midden en aan het eind van het verhaal gebeurt. De kinderen krijgen een aantal prenten en leggen deze in de juiste volgorde. Samen met hun schoudermaatje bespreken ze de volgorde en letten ze op de structuur begin-midden-eind. Aan de hand van de prenten oefenen de kinderen met het navertellen van het verhaal. Ik merk dat dit de eerste sessie nog niet altijd lukt, maar ik heb hoge verwachtingen van de kinderen en ik weet dat ze aan het eind van de volledige lessenserie de tekst op een dieper niveau doorgronden.
Woordenschat
De tweede sessie beginnen we door terug te kijken op de vorige les. De kinderen bekijken de prenten die zij in de goede volgorde hebben gelegd en in tweetallen wordt het verhaal naverteld. Daarna lees ik het verhaal nog een keer voor. Deze keer stel ik vragen tijdens het voorlezen. De kinderen bespreken de vragen steeds in tweetallen. De vragen die ik tijdens deze sessie stel, gaan in op hoe iets in de tekst gezegd wordt of hoe het wordt afgebeeld. Belangrijk tijdens deze sessie is ook het vergroten van de woordenschat. Als verwerking maken de kinderen vandaag aantekeningen waarbij de nieuwe woorden centraal staan. Op het bord bouw ik de aantekeningen stap voor stap op, zodat de kinderen kunnen meeschrijven. Ik heb de woorden de mast, het zeil en het kraaiennest uitgekozen. De kinderen maken een tekening bij deze woorden en schrijven de woorden op. Deze woorden komen ook terug in de woordenschatmethode die wij gebruiken, die les kan ik nu overslaan.
De afsluiting
In de laatste sessie kijken we naar de betekenis van de tekst. We herhalen de opbrengst van de vorige sessies en luisteren nog een keer naar het verhaal. Ik stel weer vragen tijdens het voorlezen en we letten vooral op de ontwikkeling die Woeste Willem doormaakt. Na het voorlezen pakken we de begin-midden-eind structuur van de eerste sessie erbij en bespreken we het karakter van Willem in de verschillende delen van het verhaal. De kinderen maken weer aantekeningen en de lessenserie wordt afgesloten met een creatieve opdracht.
Hopelijk heb je door deze blog een idee gekregen hoe je in groep 3 een thematische Close Reading les kan geven. Stuur gerust een bericht via mijn instagrampagina @kijkje.in.groep3 als je vragen hebt naar aanleiding van deze blog.