Inspiratieblog: Zo richt je de schoolbibliotheek in

Sanne Stam is leerkracht op de Joannesschool in Naaldwijk in unit 3/4. In de basisgroepen zitten kinderen van twee leerjaren. De instructie wordt per leerjaar gegeven. Na vele jaren instructie geven aan groep 3, gaat zij voor het eerst instructie geven aan groep 4. Naast de algemene voorbereidingen voor het nieuwe schooljaar is zij ook gestart met het opruimen van de klassenbibliotheek.

Juf, alle boeken in de boekenkast zijn stom’, een uitspraak van een kind uit groep 3 begin juli. Hierop reageerde ik met: “dan kijk je niet goed, er staat echt wel iets leuks tussen”. Die middag schoot de opmerking nog een keer door mijn hoofd en reflecteerde ik op mijn handelen. Dat er leuke, mooie en rijke boeken in de boekenkast staan, dat weet ik zeker. Maar ben ik ook in staat om ieder kind te helpen met zijn boekenkeuze? En heb ik afgelopen jaar genoeg aandacht besteed aan het kiezen van een boek? Ik kwam tot de conclusie dat er nog verbeterstappen mogelijk zijn. Het nieuwe schooljaar is daar een uitgelezen mogelijkheid voor. Zeker omdat ik bovenstaand kind en de rest van de groep, dit jaar weer les mag geven.

Onze boekenkast heeft twee kanten en groep 3 en 4 maken gebruik van deze kast. Maar hoe ziet een rijke klassenbibliotheek er uit? Waar begin ik? Een expert als het gaat om kinderboeken en ook schoolbibliotheken is Merel de Vink van Leesvink. Eerder schreef Merel een blog met daarin zeven tips voor het inrichten van een goede schoolbibliotheek. Voor deze blog heb ik haar een aantal vragen mogen stellen. Aan de hand van haar antwoorden heb ik de klassenbieb onder handen genomen.

Tip 1: Haal alle oude boeken weg
Merel’s allereerste tip is “Haal eerst alle oude boeken weg, het is lastig om te zien wat het aanbod is als alle lelijke, oude boeken nog in de weg staan. Ga ruimte maken voor mooie en recente boeken.” Enthousiast begin ik door de boekenkast (die op wielen staat) de gang van de school in te rijden. Hier heb ik heerlijk de ruimte om de boeken uit te zoeken. Ik start met het leegmaken van de kast. De Avi-niveaus staan al aangegeven op de zijkant van de boeken en deze gebruik ik om de boeken te sorteren. Per niveau bekijk ik elk boek en maak drie stapels: weg, misschien en houden. Ik hanteer hierbij een aantal criteria: is het boek nog netjes , is de publicatiedatum nog acceptabel en spreekt het boek de kinderen aan. Bij veel boeken zijn deze criteria niet meer van toepassing, de stapels met de boeken die weg mogen en die ik misschien wil houden worden hoger. Boeken die oud of kapot zijn, gaan in de papiercontainer. De boeken die misschien nog waardevol zijn, berg ik op in een dichte kast in de klas. Per niveau is er nu een kleine en overzichtelijke stapel over met boeken die terugkomen in de boekenkast.

Tip 2: Zorg voor goede kasten
De tweede tip die Merel me geeft, gaat over het belang van passende kasten. ‘’Het is een goed idee om kasten te kopen met de mogelijkheid om boeken frontaal neer te zetten.’’ De passende kast hebben wij vorig jaar aangeschaft en heeft aan beide kanten mogelijkheid om boeken frontaal neer te zetten. De kast is wat hoger, waardoor deze ook als afscheiding dient tussen onze twee klassen. Voorheen hadden we een boekenrek op wieltjes waar boeken alleen met de zijkanten tegen elkaar konden staan.

Tip 3: Verzamel verschillende boeken en bedenk hoe je deze wilt sorteren
‘’Een divers aanbod is voor een schoolbibliotheek een vereiste. En bedenk daarnaast hoe je de boeken wilt sorteren, bijvoorbeeld op Avi- niveau of per thema’’ aldus Merel. Qua sortering heb ik ervoor gekozen om de boeken te sorteren op Avi-niveau. Dit omdat we lesgeven aan zowel groep 3 als 4 en er veel verschillen zijn in leesniveau. De boeken avi-start, m3 en e3 staan aan de ene kant van de kast. Aan de andere kant staan die van M4, E4, M5 en een aantal A-boeken. ‘Merel benadrukt dat het ook heel belangrijk is dat er op school een ‘boekenbewustzijn’ ontstaat. Het bezit van een goede boekencollectie is geen luxe, maar een noodzaak en daarvoor moet ook een realistisch budget op de jaarlijkse begroting worden opgenomen.’

Tip 4: Presenteer de boeken op een goede manier
De vierde tip gaat over de presentatie van de boeken. Merel: “Een kind zal veel sneller een boek pakken als hij de voorkant ziet dan wanneer hij alleen de zijkant ziet’’. In onze boekenkast is plek om een aantal boeken frontaal neer te zetten, per niveau staan er ongeveer 5 boeken frontaal. Merel: ‘’Zorg ervoor dat de planken helemaal gevuld zijn, door halflege planken ziet de boekenkast er leeg uit. Boeken kunnen op de plank het beste helemaal naar voren worden geschoven.” Per plank heb ik nu ongeveer twee niveaugroepen neergezet. Op dit moment zijn er alleen niet genoeg aantrekkelijke boeken om de hele plank te vullen. Binnenkort dus maar nog eens contact opnemen met Leesvink. Zij kunnen je helpen met het inrichten van een goede schoolbibliotheek.

Tip 5: Maak een leeshoek
De vijfde tip gaat over het belang van een leeshoek. Merel: “Er is natuurlijk geen betere leesomgeving dan een bibliotheek. Creëer op school ook een fijne plek voor kinderen om te kunnen lezen in de bibliotheek.” Mijn eigen bezoeken aan de bibliotheek vroeger kan ik mij nog goed herinneren. Nog steeds kom ik er graag, nu samen met mijn eigen kinderen. Het gevoel van in de bibliotheek zijn met al die boeken om je heen en dat de wereld aan je voeten ligt, dat wil ik graag alle kinderen meegeven. Afgelopen jaar was onze leeshoek in de hoek van de hal, er stond een stoel en daarnaast ook bankjes met constructiemateriaal. Geen duidelijke leeshoek. Dit jaar hebben we de leeshoek verplaatst en is deze nu in een afgebakend huisje in de gang. De stoel staat er nu in en er liggen kussens op de grond. Ik ben druk op zoek naar een oud boekenkastje en grotere kussens voor op de grond om er zo een fijne leeshoek van te maken.

Tip 6: Aankleding van de bibliotheek
De laatste tip gaat over het aantrekkelijk aankleden van de bibliotheek. Merel: “Maak gebruik van verschillende kleuren en decoraties en voeg posters toe aan de bibliotheek.’’ Om onze boekenkast opgeruimd te houden zijn er duidelijke kaartjes gemaakt, welk niveau waar moet staan. Op de kopse kant van de kast is er plek voor een poster, straks van de kinderboekenweek of van de boekenbingo.

Het juiste boek kiezen
Nu de boekenkast klaar is voor een nieuw schooljaar had ik ook een nieuwe strategie nodig. Hoe kan ik de kinderen begeleiden bij het kiezen van het juiste boek. Marita Eskes stelt dat boeken voor kinderen pas echt interessant zijn als zij het boek vloeiend kunnen lezen en over de juiste woordenschat beschikken. In haar boek ‘Technisch lezen in een doorlopende lijn’ benadrukt zij het belang van goede leesinstructies. Modeling, herhaald lezen, samen hardop lezen en feedback zijn belangrijke onderdelen van een goede leesinstructie. Door middel van directe instructie leren de kinderen de handeling van het technische lezen.
Eskes (2022) stelt dat er drie dingen belangrijk zijn voor het leesplezier van kinderen. Als eerste heeft een kind intrinsieke leesmotivatie nodig, het boek moet een kind aanspreken. Als tweede is het belangrijk hoe kinderen tegen lezen aankijken, hebben ze daar positieve gevoelens bij. Als laatste is de leesvaardigheid belangrijk.

Hoe kun je kinderen helpen bij het kiezen?
Kinderen gebruiken andere beoordelingscriteria dan volwassen, zo vertelt de website leesbevordering in de klas. Kinderen houden van boeken met een duidelijke verhaallijn met heldere personages. In het boek moeten niet te moeilijke woorden staan en spanning en humor bevatten.

De ‘moeilijke’ woorden kunnen een uitgangspunt zijn bij het kiezen van het juiste boek. Rogers (2008) bedacht de ‘vijf-vinger-regel’:
1. Het boek wordt eerst uitgezocht op basis van de titel, hoe de kaft eruitziet en de tekst op de achterkant.
2. Lees de eerste of tweede bladzijde.
3. Tel op je vingers het aantal moeilijke woorden dat je tegenkomt.
4. Meer dan vijf moeilijke woorden dan is het boek waarschijnlijk niet geschikt om te lezen.
5. Lees bij twijfel nog een bladzijde en maak dan je keuze.

Hier vind je een gratis download van de ‘vijf-vinger-regel’.

Afgelopen week heb ik de bovenstaande tips meteen toegepast. Klassikaal hebben we veel boeken uit onze klassenbibliotheek bekeken en vervolgens de moeilijke- woorden-regel toegepast. Met als resultaat dat ongeveer 90% van de kinderen voor nu een passend leesboek heeft gevonden!

Naast op de hoogte zijn van de interesses van leerlingen is het als leerkracht belangrijk om zelf jeugdliteratuur te lezen, alleen dan kan je de kinderen goed adviseren. De opmerking “Juf alle boeken zijn stom’’ blijft dan waarschijnlijk uit. Momenteel ben ik bezig in het boek Zoef van Janneke Schotveld. Welk jeugdboek ben jij nu aan het lezen?