Projecttips voor de Kinderboekenweek 2023: Bij mij thuis

In oktober 2023 start de Kinderboekenweek en het gekozen thema is dit jaar: Bij mij thuis. Binnen dit thema kun je werkelijk alle kanten op! Natuurlijk biedt Junioruniversiteit je superleuke, leerzame en enthousiasmerende projecten waarbij een hoge betrokkenheid van de kinderen voorop staat. In dit blog geven we je tips voor projecten die je tijdens de Kinderboekenweek kunt uitvoeren. Voor welk project kies jij dit najaar?

Groep 3

Dit is mijn huis

Dit project geeft de kinderen een kijkje in elkaars leven en biedt daarmee een ideale start van het schooljaar. Ze ontdekken waar hun klasgenoten wonen, wat hun gezinssamenstelling is en wat een huis thuis maakt. Daarnaast leren zij over de verschillende woningen van nu en vroeger en bekijken huizen over de hele wereld. Het project is geschreven bij het Willewete boek ‘Dit is mijn huis’, geschreven door Isabelle de Ridder met tekeningen van Hiky Helmantel.

De rode draad van het project leert de kinderen over de verschillende soorten woningen die er zijn. Het neemt hen mee en laat hen inzien waar hun klasgenoten wonen. De wereldoriëntatie lessen bieden de ondersteuning die zij nodig hebben om het thema beter te begrijpen. Ze kijken naar de ontwikkeling van huizen door de tijd heen, bekijken de beroepen die helpen bij het bouwen van een huis en maken een tripje langs verschillende woningen in de wereld. De overige activiteiten staan in het teken van bewegend leren, rekenen en taal. De kinderen gaan in verschillende activiteiten aan de slag met bouwen en plattegronden, ze breiden hun woordenschat uit en maken kennis met de letter /h/. Daarnaast biedt het project een les rondom verhuizen en Engels.

Dolfje Weerwolfje – groep 3

Dit project is geschreven bij de AVI-boeken Pak me dan! (AVI START) en Ik ben net als jij (AVI M3). Dolfje en Flier dagen de kinderen uit met verschillende opdrachten en nemen de kinderen op deze manier mee door beide boeken. Het project biedt veel aanknopingspunten om de boeken samen te lezen, waardoor het vooral geschikt is voor de eerste helft van het schooljaar. In dit project staan twee onderwerpen centraal. De kinderen leren alles over de dieren in het bos. Bijvoorbeeld het verschil tussen dag- en nachtdieren, hoe dieren met elkaar communiceren en waar deze dieren leven. Daarnaast besteedt het project aandacht aan uiterlijke en innerlijke kenmerken van de kinderen zelf. Ze kijken hierbij naar verschillen en overeenkomsten bij elkaar.

Naast de lessen wereldoriëntatie vind je in het project ook lessen voor bewegend leren. Deze manier van verwerken zorgt in onze ervaring bij veel kinderen voor enthousiasme en betrokkenheid. Er zijn diverse reken- en taaldoelen gekoppeld aan actieve werkvormen, waarbij de boeken altijd centraal staan. Zo helpen de kinderen Dolfje bij het maken van kippensoep, sorteren ze woorden op de beginklank en mkm-woorden en oefenen zij met de cijfersymbolen met behulp van de kippenbingo.

Groep 4

Dolfje Weerwolfje – groep 4

In dit project komt Dolfje ‘s nachts in de klas op bezoek en laat voor de kinderen een brief achter. Dolfje is zeven jaar geworden en is voor het eerst weerwolf! Dit maakt hem onzeker, hij heeft nauwelijks vrienden en is op zoek naar nieuwe vriendschappen. Dit is het begin van een avontuur waarbij de kinderen kennis maken met Dolfje, vrienden met hem worden en samen op zoek gaan naar hun eigen identiteit.
In de loop van het project wordt het boek Dolfje Weerwolfje voorgelezen. Wanneer de aanbevolen lesvolgorde wordt aangehouden, vallen de lessen en het verhaal uit het boek mooi samen en is er een logische opbouw in de brieven van Dolfje. Zo gaan de kinderen, net als Dolfje, op zoek naar informatie over hun eigen familie, ontdekken ze hoe het zit met hun zelfbeheersing, worden er kippen gestolen, een brief naar het OZDM geschreven, naar huis genavigeerd, zilveren klemmen ontweken en natuurlijk onderzoek gedaan naar de maan. Tot slot presenteren de kinderen hun talent in een echte talentenshow voor uitgenodigd publiek.
Naast de lessen wereldoriëntatie, sociaal emotioneel, taal en rekenen vind je in het project ook lessen voor bewegend leren. Deze manier van werken zorgt voor een hoge betrokkenheid en enthousiasme bij de kinderen. Er zijn verschillende reken- en taaldoelen gekoppeld aan activerende werkvormen waarbij het verhaal van Dolfje centraal staat. Zo helpen de kinderen Dolfje bij zijn spelling huiswerk over open en gesloten klankgroepen, berekenen ze welke kippen van mevrouw Krijtjes bij elkaar horen en doen ze een opdrachten race.

Superbeesjes Bouwers

Veel kinderen zullen bekend zijn met de mol, de ooievaar, de kruisspin en de honingbij. Door het werken met dit project verdiepen de kinderen hun kennis over deze dieren en leren ze alles over de bijzondere bouwwerken en leefwijze van deze dieren. Daarnaast maken de kinderen kennis met minder bekende dieren als de bever, republikeinwever, de termiet, het stokstaartje en de Japanse kogelvis.
Het project start met een mail van professor Indewar waarin hij de kinderen om hulp vraagt bij het maken van zijn presentatie over dieren die bijzondere bouwwerken maken. Door een val heeft hij last van geheugenverlies en is hij veel informatie vergeten. Door de hulp van de kinderen in te roepen hoopt hij zijn presentatie af te kunnen maken. Er volgen verschillende activiteiten die vorm krijgen door de gerichte vragen van de professor. De kinderen onderzoeken onder andere de klassen in het dierenrijk, de vogeltrek naar het zuiden, lezen zich door nesten heen, rekenen in het gangenstelsel van een mol, programmeren routes terug naar huis en bouwen zelf bijzondere bouwwerken waarbij ze rekening houden met wooncriteria van de dieren. De activiteiten zijn geënt op het boek Superbeesje – Bouwers.

Dit gratis miniproject, gebaseerd op het boek Willewete wonen in de wereld van Reina Ollivier & Hiky Helmantel, biedt vijf lessen rondom het thema huizen. In deze lessen leren de kinderen over hun eigen huis en die van anderen, hoe het is om te wonen in een ander land, wat de rituelen en gebruiken daar zijn en maken ze kennis met huizen die zich kunnen verplaatsen. Ondertussen werken zij aan het uitbreiden van hun woordenschat en oefenen ze bijvoorbeeld met het maken van sommen tot en met 50. In de spelhoek gaan de kinderen aan de slag met het bouwen van huizen met verschillende constructies.

Groep 5 en 6

Alles over wie ik ben

Het project start met jouw persoonlijke verhaal. Vervolgens gaan de kinderen zelf op ontdekkingsreis naar hun identiteit, hun verhaal. Het project bevat filosofische vragen, geïnspireerd op de grote filosofen zoals Rousseau, Aristoteles of Descartes. Kinderen worden uitgedaagd tot dieper nadenken en leren goed te luisteren naar elkaar.
De kinderen werken elke les samen aan klassenactiviteiten die erop gericht zijn om elkaar nog beter te leren kennen. Dit project kan de eerste weken van een nieuw schooljaar, wanneer groepsvorming centraal staat en gedurende het hele schooljaar worden ingezet.
Alles wat de kinderen leren tijdens dit project wordt genoteerd in een ik-werkboek, waarin ook creatieve opdrachten zijn opgenomen. De kinderen maken bijvoorbeeld een niet-alledaagse selfie met verkleedkleding en schmink. Het project bevat tevens lessen rondom burgerschap en mediawijsheid.
Aan het eind van het project worden ouders/verzorgers uitgenodigd om te komen kijken naar de presentatie van de ik-werkboeken en de zelfgemaakte gevoelsborden. Bij het maken van de gevoelsborden kijken de kinderen naar wat ze hebben geleerd tijdens project. De nadruk ligt op hun positieve gevoelens en de uitdagingen voor zichzelf. De activiteiten zijn geënt op het boek Alles over wie ik ben van Stine Jensen.

Verhalend door de provincies

Weg het saaie stampen van topografie! In dit project ontwikkelen de kinderen een mental map bij de provincies van Nederland. Topografie wordt in samenhang aangeboden met taal, rekenen, geschiedenis, aardrijkskunde en kunstzinnige vorming. In deze lessen zit het werken met topografiekaarten op een betekenisvolle manier verwerkt. De prachtige volksverhalen uit het boek Van bij ons vormen de rode draad in dit project. Dit boek bevat een volksverhaal uit elke provincie. In de startactiviteit maken de kinderen kennis met de twaalf verdwaalde hoofdpersonen uit het boek. Ze komen aan de hand van een QR-code speurtocht meer over hen te weten. Elke les start met het voorlezen van een volksverhaal. In het verhaal zitten hints verstopt over de woonplaats van een van de hoofdpersonen. De kinderen plakken de afbeelding van een hoofdpersoon op de juiste provincie op de verzamelkaart. Hierdoor maken we de aangeboden provincies visueel. Bij de slotactiviteit noteren ze kenmerken of herinneringen op de verzamelkaart om de provincies goed te kunnen onthouden.